Grondslagen

De woonruimteverdeler of corporatie moet een goede reden hebben om persoonsgegevens te verwerken. In de privacywet (AVG) staan 6 redenen genoemd. De juridische naam voor die redenen is grondslagen. De woonruimteverdeler of corporatie moet dus een grondslag hebben om persoonsgegevens te mogen verwerken.

De grondslag voor alle gegevensverwerkingen in de digitale procedure is: het is noodzakelijk om gegevens te verwerken omdat de woonruimteverdeler of corporatie wettelijk verplicht is deze gegevens te verwerken.

Grondslag voor het verwerken van identiteits- en inkomensgegevens

De verwerking van de identiteitsgegevens (geslachtsnaam, geboortedatum) en het inkomensgegeven door de woonruimteverdeler of corporatie is niet nieuw en doen zij al om hun wettelijke taken met betrekking tot het passend toewijzen, de DAEB-toets of met betrekking tot het voorbereiden en uitvoeren van de huurovereenkomst te kunnen uitvoeren. Deze grondslag wordt dus niet uitgewerkt op deze pagina van de DIV-it-standaard. Een volledige onderbouwing is wel opgenomen in de model-DPIA.

Grondslag voor het verwerken van het BSN

Om de digitale procedure goed uit te kunnen voeren, moeten woonruimteverdelers en corporaties het BSN van de woningzoekende of medebewoner verwerken. Het BSN mag op grond van de AVG alleen worden verwerkt voor doelen die bij de wet worden bepaald. Daarom is per 1 januari 2024 artikel 46 van de Woningwet gewijzigd, zodat er een wettelijke grondslag wordt gecreëerd voor de verwerking van het BSN binnen de digitale procedure. Samengevat:

• De woonruimteverdeler of corporatie moet voordat zij de digitale procedure kunnen gebruiken, op eigen verzoek aangewezen worden als gebruiker van het BSN door het ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties.

• Als de woonruimteverdeler of corporatie aangewezen is als gebruiker van het BSN, is hij verplicht om de woningzoekende de digitale procedure aan te bieden.

• De woningzoekende of medebewoner, mag wel altijd zelf kiezen of hij gebruik wil maken van de digitale procedure als deze aangeboden wordt door de woonruimteverdeler of corporatie. Dit noemen we instemming.

• Als de woningzoekende of medebewoner geen gebruik wil maken van de digitale procedure, is de woonruimteverdeler of corporatie verplicht om een alternatieve route voor het delen van de gegevens aan te bieden waarbij het BSN niet wordt gebruikt.

• Als de woningzoekende of medebewoner wel gebruik wil maken, dan is de woonruimteverdeler of corporatie wettelijk verplicht om het BSN te gebruiken en de digitale procedure toe te passen.

Een volledige onderbouwing is opgenomen in de model-DPIA.

Let op: de instemming met de digitale procedure die aan de woningzoekende of medebewoner wordt gevraagd, is niet hetzelfde als de grondslag toestemming zoals de AVG dat bedoeld. De grondslag voor het verwerken van het BSN is altijd een wettelijke verplichting: de noodzaak om gegevens te verwerken omdat de woonruimteverdeler of corporatie wettelijk verplicht is deze gegevens te verwerken. De woonruimteverdeler of corporatie is immers verplicht om de digitale procedure aan te bieden en is ook verplicht om deze uit te voeren als de woningzoekende of medebewoner daarvoor kiest. De digitale procedure kan niet worden uitgevoerd zonder het BSN te verwerken.