Vragen van instemming
De woonruimteverdeler of corporatie moet de woningzoekende of medebewoner informatie geven over de digitale procedure en daarbij behorende gegevensverwerkingen voordat deze instemt met de digitale procedure.
Dit is een wettelijke verplichting. Zo kan de woningzoekende of medebewoner een afgewogen beslissing nemen voor hij zijn identiteits- of inkomensgegevens deelt.
Acties voor de woonruimteverdeler of corporatie
De onderstaande informatie kan de woonruimteverdeler of corporatie gebruiken om zelf teksten op te stellen om woningzoekenden en medebewoners te informeren. Daarbij zijn een aantal elementen die terug moeten komen in deze informatie.
De volgende elementen moeten terugkomen in de informatie voor woningzoekenden:
Als de woningzoekende een sociale huurwoning wilt huren, is de woningcorporatie verplicht om een inkomenstoets uit te voeren. Daarvoor zijn een paar gegevens van de woningzoekende nodig: achternaam, geboortedatum en inkomen.
Deze gegevens kan de woningzoekende veilig, makkelijk en snel delen via een beveiligde verbinding met de overheid.
Dat doet de woningzoekende door in te loggen via MijnOverheid met DigiD. De woningzoekende wordt op de webpagina van MijnOverheid gevraagd om het burgerservicenummer (BSN) en inkomen te delen met de woonruimteverdeler of woningcorporatie.
Met het BSN kan de woonruimteverdeler of woningcorporatie controleren of de achternaam en de geboortedatum die de woningzoekende heeft opgegeven in het inschrijfformulier, overeenkomen met de gegevens die bij de overheid van de woningzoekende bekend zijn.
Als dat zo is, dan maakt de woonruimteverdeler of corporatie van het BSN een onleesbare code. En de woonruimteverdeler of corporatie slaat de achternaam en geboortedatum op zoals deze bekend zijn bij de overheid.
Deze gegevens worden op een later moment weer gebruikt, namelijk als de woningzoekende een woning toegewezen krijgt. De woningzoekende kan dan zijn inkomen digitaal aanleveren via MijnOverheid. Dat is veillig, makkelijk en snel en verkleint de kans op fouten en vergissingen. Dat zorgt er ook voor dat de woonruimteverdeler of corporatie zeker weet dat het inkomen hoort bij de ingeschreven persoon.
Het is niet verplicht om het Burgerservicenummer of inkomen digitaal te delen. De woningzoekende maakt ook niet meer of minder kans op een woning als gevolg van zijn keuze om wel of niet in te stemmen met de digitale procedure. En de woningzoekende mag op elk moment zijn instemming voor de digitale procedure intrekken zonder gevolgen voor de inschrijfduur.
De informatie moet op ten minste twee verschillende momenten worden verstrekt voordat de woningzoekende start met de digitale procedure:
Voordat de woningzoekende zijn identiteitsgegevens deelt bij inschrijving
Voordat de woningzoekende zijn inkomensgegevens deelt bij toewijzing
De volgende elementen moeten terugkomen in de informatie voor medebewoners:
Als de woningzoekende een sociale huurwoning wilt huren, is de woningcorporatie verplicht om een inkomenstoets uit te voeren. Voor de inkomenstoets kijkt de woningcorporatie naar het huishoudinkomen. Daarvoor zijn een paar gegevens van de woningzoekende en van de medebewoner nodig: achternaam, geboortedatum en inkomen.
Deze gegevens kan de medebewoner veilig, makkelijk en snel delen via een beveiligde verbinding met de overheid.
Dat doet de medebewoner door in te loggen via MijnOverheid met DigiD. De medebewoner wordt op de webpagina van MijnOverheid gevraagd om het Burgerservicenummer (BSN) en inkomen te delen met de woonruimteverdeler of woningcorporatie.
Met het BSN kan de woonruimteverdeler of woningcorporatie controleren of de achternaam en de geboortedatum die de woningzoekende heeft opgegeven in het inschrijfformulier, overeenkomen met de gegevens die bij de overheid van de woningzoekende bekend zijn.
Als dat zo is, dan slaat de woonruimteverdeler of corporatie het inkomen, de achternaam en geboortedatum op zoals deze bekend zijn bij de overheid.
Het aanleveren van de gegeven is op deze manier veilig, makkelijk en snel en verkleint de kans op fouten en vergissingen. Dat zorgt er ook voor dat de woonruimteverdeler of corporatie zeker weet dat het inkomen hoort bij de medebewoner.
Het is niet verplicht om het Burgerservicenummer en inkomen digitaal te delen. De woningzoekende en medebewoners maken ook niet meer of minder kans op een woning als gevolg van de keuze om wel of niet in te stemmen met de digitale procedure. En de medebewoner mag op elk moment zijn instemming voor de digitale procedure intrekken zonder gevolgen voor de inschrijfduur.
De bovenstaande informatie moet ten minste verstrekt worden aan de medebewoner voordat de medebewoner zijn identiteits- en inkomensgegevens deelt via de digitale procedure.
Delen van gegevens via MijnOverheid
Daarnaast adviseren wij om de woningzoekende of medebewoner te informeren over hoe hij zijn gegevens deelt via MijnOverheid. Verwijs naar de knop waar de woningzoekende of medebewoner op moet klikken, vertel hoe deze eruit ziet en wat er gebeurt als de woningzoekende of medebewoner op de knop klikt. Hij wordt dan doorgestuurd naar ‘Gegevens delen op MijnOverheid’. Vertel de woningzoekende ook hoe hij de digitale procedure op MijnOverheid doorloopt:
Hij ziet voor het inloggen op MijnOverheid welke gegevens de woonruimteverdeler of woningcorporatie gaat vragen.
Hij logt in op MijnOverheid met zijn DigiD
Hij ziet de gegevens die MijnOverheid heeft opgehaald (BSN of BSN en inkomensgegevens)
Hij wordt gevraagd of hij akkoord gaat met het delen van deze gegevens met de woonruimteverdeler of woningcorporatie. De woningzoekende of medebewoner kan tot op dit moment het delen van de gegevens via MijnOverheid afbreken, er worden dan geen gegevens gedeeld met de woonruimteverdeler of woningcorporatie.
De gegevens worden door MijnOverheid gedeeld met de woonruimteverdeler of woningcorporatie.
Hij gaat terug naar de website van de woonruimteverdeler